Wat doen we daarvoor in 2022?
Programma Sociaal Domein
Vanuit het programma Sociaal Domein bouwen we aan een toekomstbestendig sociaal domein. We versterken daarom het normale leven in onze wijken zoveel mogelijk. We investeren in collectieve voorzieningen en lichte ondersteuning en ontmoeting in de wijken. Hierdoor is minder inzet van geïndiceerde hulp en ondersteuning nodig. Belangrijk is dat de ondersteuning beschikbaar is en blijft voor wie het nodig heeft. Met de toenemende krapte op de arbeidsmarkt is het nodig de ondersteuning gericht in te zetten. We zijn scherp op de indicaties die we afgeven en zorgen voor effectieve inzet van menskracht en middelen. We werken hieraan in 15 samenhangende businesscases. In 2022 nemen we een aantal hiervan op in het reguliere werk, zoals de gestroomlijnde toegang, doelmatig indiceren, passende overgang van kinderen naar de Wlz, de regie op verwijzingen van Gecertificeerde Instellingen. Het werk van de Praktijkondersteuners bij de huisartsen heeft zijn nut bewezen en gaat vast onderdeel uitmaken van de dienstverlening.
Het programma leidt tot een besparing op de structurele uitgaven op Jeugdwet en Wmo (inclusief Beschermd Wonen) van (minimaal) € 2 miljoen.
We nemen nieuwe maatregelen op in het Programma, die bijdragen aan een toekomstbestendig sociaal domein. We gaan daarbij uitvoering geven aan de Hervormingsagenda Jeugdhulp 2023-2028 die naar verwachting eind 2021 tussen Rijk en VNG wordt vastgesteld. Vooruitlopend hierop werken we aan de maatregelen voor jeugdhulp die deel uit maken van de bezuinigingsopgave voor 2022. Deze vloeien voort uit het rapport van de commissie Sint. Een belangrijk deel hiervan maakt al deel uit van onze werkwijze (inkoop 2020) en/of is opgenomen in de businesscases.
We benutten de mogelijkheden voor een bredere transformatie-agenda als het nieuwe kabinet overgaat tot een structureel kostendekkende bekostiging van Jeugdhulp en de Wmo. We werken hierin nauw samen met onze partners in de stad en de regio en met de gemeenten in Noord en Midden Drenthe.
Preventiefonds
Met het Preventiefonds stimuleren we inwoners en organisaties actief te worden. We betrekken inwoners bij de beweging om ondersteuning collectief en laagdrempelig in de eigen omgeving beschikbaar te hebben, met minder beroep op geïndiceerde ondersteuning. Vanaf 2019 hebben we gewerkt aan het instellen van het fonds. De beweging is op gang, maar de besteding van de middelen blijft achter bij de verwachtingen. De coronapandemie heeft hierin vertragend gewerkt. We verwachten dat het subsidieplafond voor 2022 leidt tot een onderbesteding. We zien wel mogelijkheden om binnen de kaders en doelstellingen van het Preventiefonds in 2022 rechtstreeks in te zetten op activiteiten die niet door bestaande inzet, opdrachten of budgetten gerealiseerd kunnen worden op het gebied van inclusie, inburgering, versterken van voorliggende voorzieningen en sport en gezondheid. Daarom stellen we in de begroting een verschuiving binnen de budgetten van het Preventiefonds voor. In 2022 is € 1,25 miljoen beschikbaar gesteld voor het Preventiefonds. Hiervan is € 950.000 voor het Preventiefonds voor professionals en € 220.000 voor het Preventiefonds voor inwoners en vrijwilligers, dat door STILA wordt uitgevoerd. We stellen voor om na aftrek van uitvoerings- en beheers- en monitoringskosten het subsidieplafond voor het Preventiefonds voor Professionals in te stellen op € 500.000 voor subsidieaanvragen en € 430.000 in te zetten voor gerichte inzet op het gebied van preventie binnen de terreinen: inburgering, inclusie, voorliggende voorzieningen, sport en gezondheid.
Woonplaatsbeginsel Jeugdwet
Per 1 januari 2022 wordt het nieuwe woonplaatsbeginsel voor de Jeugdwet van kracht. De gemeente waar de jeugdige volgens de basisregistratie personen stond ingeschreven direct voorafgaand aan de zorg met verblijf is verantwoordelijk voor de jeugdhulp. Dit betekent dat per 1 januari 2022 jeugdigen administratief zullen verhuizen en dat als gevolg daarvan sommige gemeenten na 1 januari 2022 financieel voor meer en andere gemeenten voor minder jeugdigen verantwoordelijk zijn. Uit een CBS-simulatie is gebleken dat we voor Assen geen grote verschuivingen verwachten. De financiële uitwerking van deze nieuwe wetgeving wordt eind 2021 duidelijk, en dan wordt inzichtelijk welke jeugdigen administratief verhuizen van en naar onze gemeente.